top of page

De bijbel, een sprookjesboek?

In hoeverre is de bijbel en daarmee Jezus geloofwaardig of authentiek?

Er is enorm veel bewijs voor de authenticiteit van de Bijbel (in het bijzonder de dood en de opstanding van Christus), veel meer dan er bevestiging is van de authenticiteit van eender welke ander stuk literatuur of eender welke andere antieke tekst. 


Tekstanalyses die dit soort bronnen onderzoeken beginnen altijd met historisch onderzoek van het materiaal.

Dat onderzoek vertrekt van de historisch laatste nieuwe documenten en werkt dan terug doorheen de tijd om zo het bewijs verder te ontwikkelen. 

Die data worden dan op hun beurt afgetoetst aan andere bronnen zoals tradities, kruisverwijzingen met andere teksten die niet specifiek hierover gaan maar ze wel vermelden enzovoort...


De resultaten daarvan worden dan verder gecheckt op het vlak van inhoudelijke overeenkomsten en de consistentie daarvan. Alle teksten worden dus geanalyseerd alsof het zou gaan om een gerechtelijke zaak waarbij gezocht wordt naar geloofwaardige getuigenissen met o.a. een waarachtig grondig kruis-’verhoor’ van de gegevens als slotakkoord. Op die manier is er de laatste decennia een grote hoeveelheid bewijs bijeengebracht die de authenticiteit van Bijbelse manuscripten garanderen.


Het nieuwe testament werd in de eerste eeuw na Christus geschreven. Er zijn ondertussen zo’n 20.000 manuscripten teruggevonden. De oudste gevonden versie werd zo’n 100 jaar na de originele schriftuur gekopieerd.


In contrast daarmee zie je de misvormde versies van alle andere teksten die uit de oudheid dateren, bijvoorbeeld:

- Caesars “Gallische Oorlogen” dat werd geschreven in de eerste eeuw na Christus. Er zijn maar 10 gekende manuscripten van teruggevonden en de oudste ontdekte tekst werd pas 1000 jaar na het origineel gekopieerd.

- Aristoteles’ gedichten werden in de vierde eeuw voor Christus geschreven. Er zijn maar 5 exemplaren van teruggevonden en het oudste manuscript werd pas 1400 jaar na het origineel van een nu verloren bron gekopieerd.

- De wereldberoemde “Ilias” en “Odysseus” van Homerus, na de Bijbel misschien wel de meest gelezen teksten ter wereld, dateren van ongeveer 750 voor Christus en in vergelijking met de oudtestamentische verslagen uit dezelfde tijd zijn de overgebleven versies ervan onherkenbaar en totaal waardeloos geworden.


Er waren ook veel geschriften uit de eerste eeuwen na Christus van de kerkvaders die gedeelten van de Bijbel citeerden. Zoveel dat we zelfs de hele Bijbel zouden kunnen reconstrueren aan de hand van alleen al deze geschriften.


Er zijn miljoenen manuren besteed aan de cross checking van deze manuscripten. Resultaat: er blijft amper 1% van alle nieuwtestamentische woorden over waarover er nog vragen zouden kunnen gesteld worden, maar geen één passage daarvan is in strijd met ander Bijbels onderwijs.


Dus ook het oude testament is meer accuraat overgeleverd aan ons dan eender ander oud geschrift uit dezelfde tijd.

De oude schriftgeleerden waren dan ook erg bedreven en nauwkeurig in hun kopie-werk. Het kopiëren van de Bijbelteksten gebeurde dan ook zeer minutieus, letterlijk teken per teken.


De Masorieten hadden een officiële tekst van de bijbel klaar om 500 na Christus en er zijn andere versies die de juistheid van die tekst van de masorieten bevestigen.


Conclusie: Het tekstbewijs voor zowel het oude- als het nieuwe testament is groter en betrouwbaarder dan dat voor enig ander historisch document uit dezelfde tijden.


Wat Jezus betreft zijn er heel wat oud oudtestamentische profetieën die zijn dood, opstanding en werken voorspellen.

bottom of page